De nieuwe NHG-Standaard Prostaatkanker vervangt de bijlage Prostaatkanker in de NHG-Standaard Mictieklachten bij mannen per maart 2024.
Nieuw is het onderscheid in 3 patiëntcategorieën bij de diagnostiek van prostaatkanker:
Mannen die zonder aanwijzingen voor prostaatkanker om vroegdiagnostiek vragen.
Mannen die drager zijn van een pathogene brca2-kiembaanvariant. Deze groep mannen heeft een 2,5 keer verhoogde kans op het krijgen van prostaatkanker, die vaak op jongere leeftijd ontstaat, agressiever is en een slechtere prognose heeft dan gebruikelijk. Bij mannen die drager zijn van een pathogene brca2-kiembaanvariant adviseert de standaard elke 2 jaar PSA te bepalen vanaf een leeftijd van 45 jaar (of 5 jaar vóór de jongst gediagnosticeerde patiënt met prostaatkanker in de familie, indien diagnoseleeftijd jonger dan 50 jaar) tot een leeftijd van 70 jaar.
Mannen bij wie de huisarts een vermoeden heeft op prostaatkanker bij bijvoorbeeld onbegrepen botpijnen (met name in rug en/of heup).
Bij mannen met een verzoek om een PSA-meting, zonder klachten die kunnen wijzen op prostaatkanker, ligt de keuze om wel of geen vroegdiagnostiek in te zetten bij de patiënt. Hierbij is een goed begrip van de voor- en nadelen van belang. Met vroegdiagnostiek kan een klinisch relevante kanker gevonden worden en mogelijk het stadium van gemetastaseerde ziekte en/of overlijden worden voorkomen. De kans dat er een tumor wordt gevonden die klinisch nooit relevant zal worden is echter ook aanwezig. Goede voorlichting over de voor- en nadelen van vroegdiagnostiek is van belang zodat mannen een weloverwogen keuze kunnen maken. Het advies is om patiënten ter ondersteuning van deze uitleg naar Thuisarts.nl te verwijzen, waar naast de gebruikelijke Thuisarts-teksten ook de keuzehulp ‘Testen op prostaatkanker?’ beschikbaar is.
PSA-waarden en herhaalde PSA-metingen
De interpretatie van de PSA-waarden en advies voor herhaalde PSA-metingen is als volgt uitgewerkt: